Leven vanuit je Hart

Het verlangen naar leven vanuit je Hart

Cadeautje van en voor oma

Mijn oma was heel vrijgevig. Ze vond het heerlijk om me te verwennen. Zo nam ze altijd een zakje koetjesrepen mee. “Wel delen met de buurmeisjes hoor”, werd er altijd bij gezegd, wat haar bij ons in de buurt al gauw de naam ‘chocolaatjes-oma’ opleverde.

Op mijn beurt wilde ik haar graag iets geven, maar ontvangen was een ander ding. Dat kon oma niet zo goed en leverde wel eens wat teleurstelling op. Het zorgvuldig uitgezochte cadeau werd dan afgedaan met: “Dat had niet gehoeven.”

Ik vond gelukkig iets dat oma wel ontvangen kon: bloemen en zelfgemaakte tekeningen/knutselwerk zodat we er beiden een goed gevoel aan over hielden.

Geven en ontvangen….

Regelmatig zie ik dat het makkelijker is om te geven, dan om te ontvangen. Dat vinden we sociaal, liefdevol en het wordt gewaardeerd. Als kind leren we al te geven. “Samen spelen, samen delen” is een veel gehoorde uitspraak in een kleutergroep.

Ontvangen wordt niet zo nadrukkelijk geleerd of voorgeleefd. Hoe vaak wordt een compliment niet kleiner gemaakt. Denk aan een compliment over een kledingstuk waar op gereageerd wordt met een opmerking als: “Oh, die heb ik al zo lang”

Voor een gezonde relatie is het echter belangrijk dat geven en ontvangen in balans zijn, omdat we daarmee gelijkwaardig zijn in de relatie en we niet geven ten koste van onszelf.

Kunnen ontvangen heeft te maken met jezelf waardevol vinden, voor jezelf kunnen zorgen.

Voor mij was de eyeopener dat een familielid mij erop aansprak dat ik het moeilijk vond iets aan te nemen en daarbij oma als voorbeeld gaf. “Weet je nog hoe teleurgesteld wij waren als ze niet blij was met ons cadeau?” Vanaf dat moment ben ik begonnen met ontvangen. Heel simpel door “Dankjewel” te zeggen en mezelf toe te staan er blij mee te zijn.

Hoe is de verdeling tussen geven en ontvangen voor jou? Is die in balans of gaat het één je makkelijker af dan het ander?

Jouw rol binnen je gezin van herkomst

Welke rol nam jij in het gezin aan? Was je het afgestemde kind, de clown, de rebel?  

Als kind ben je volledig afhankelijk van je ouders en naast eten, drinken en warmte is je primaire levensbehoefte liefde en aandacht. Als baby ervaar je al welk gedrag ervoor zorgt dat je krijgt wat  je nodig hebt. Krijg je liefde en aandacht als je huilt, of wordt je huilen als ongemakkelijk ervaren en moet je zo snel mogelijk stil zijn?  

Je plek in het gezin 

Wanneer je (onbewust) ontdekt welk gedrag ervoor zorgt dat je liefde en/of aandacht krijgt, ga je dat gedrag vaker toepassen en het wordt een soort rol die aanneemt. Zo ontwikkel je bijvoorbeeld de rol van: 

  • ‘het gehoorzame kind’ 
  • ‘de clown’ 
  • ‘het zorgzame kind’ 
  • ‘het goed presterende kind’ 
  • ‘de rebel’ 

Mijn rol 

Ik ben het oudste kind en het oudste kleinkind. Het duurde ook nog een tijdje voor er andere kleinkinderen bij kwamen. Veel aandacht dus van mijn ouders en mijn opa’s en oma’s. Hierdoor voelde ik me speciaal.  

Behalve de oudste, was ik volgens mijn moeder ook zo’n fijn rustig kind als baby en peuter. Toen ik vier was kreeg ik een zusje. “Nu moet je goed je moeder helpen hoor”, hoor ik mijn oma nog zeggen. En dat is wat ik ging doen. Als oudste zorgde ik altijd voor ‘de kleintjes’. 

Niet gek dus dat ik uiteindelijk ben gaan werken als leerkracht in het basisonderwijs 😉 

Daar ben ik me niet alleen gaan ontfermen over ‘de kleintjes’; ik heb ook het speciale gevoel dat voortkwam uit mijn senioriteit onbewust doorgezet door me te specialiseren en daarmee aanspreekpunt en vraagbaak voor mijn collega’s te worden.  

Kwaliteit en valkuil 

De rol van oudste, verantwoordelijke en zorgzame dochter heeft van mij een hele goede leerkracht gemaakt. Daar kon ik de kwaliteiten van mijn ‘rol’ bij gebruiken. 

Ik heb ook de valkuil leren kennen. Mijn grote verantwoordelijkheidsgevoel maakte namelijk dat ik het heel moeilijk vond om mijn werk los te laten. Dat voelde voor mij alsof ik ‘mijn leerlingen’ in de steek liet. Gevolg was dat mijn werk nooit af was en ik ook thuis altijd bezig was voor school. Ik had nooit geleerd mijn grenzen aan te geven. Was zo afgestemd op het aanvoelen wat anderen nodig hadden, dat ik niet toekwam aan wat ik zelf nodig had. 

Herkenning 

Hoe was dit bij jou? Wellicht herken je je eigen rol heb binnen je gezin van herkomst. Hoe die heeft doorgewerkt in werk, relaties, etc. Misschien herken je de rollen die je broer(s) of zus(sen) hebben aangenomen. En, herken je de kwaliteiten en de valkuil die daarbij horen? 

Oude patronen 

Zodra je het patroon herkent en ziet hoe het ontstaan is, kun je het doorbreken. Jij bent namelijk veel meer dan de rol die je hebt aangenomen.  

Ik ben benieuwd. Wat herken jij uit je gezin van herkomst? En wat zie je daarvan terug in je werk en relaties en misschien wel in je eigen gezin? 

Zelfwaardering

Soms ben ik aan het schilderen en merk ik dat ik een soort haat-liefde verhouding heb met het beeld dat ontstaat. Dan gaat het schilderij iedere keer weer voor langere tijd aan de kant. Tegelijkertijd blijft het aan me trekken en komt er stap voor stap iets bij. En als ik eerlijk ben, zijn dit de interessantste om te maken. Ik weet dat ze me iets te vertellen hebben dat ik (nog) niet kan of wil horen. Het zijn puzzeltjes.

Dit is zo’n schilderij……

Ik heb vaak staan kijken naar deze gebogen dame met de lach op haar gezicht. Vaak gedacht alles over te schilderen en opnieuw te beginnen. Wat trok me in haar zo aan en stootte me tegelijk af? En dan is er ineens het moment dat ik het zie.

Deze vrouw buigt zover dat ze een stok nodig heeft om zich staande te houden. Het ziet er oncomfortabel uit, maar ze blijft er bij lachen. Waarom buigt ze zover? Omdat ze anders niet binnen het kader past…..

De slang die zich meestal plat over de grond beweegt, richt zich hoog op. Als om te laten zien: Richt je op! Ga staan! Neem je ruimte in!

Wie dien je er mee als je jezelf klein probeert te houden? Hoe waardeer je jezelf?

Dat is wat ik gespiegeld kreeg door dit schilderij. Het deel van mij dat zich aanpast om binnen de kaders te blijven. Om aardig gevonden te worden, niet lastig te zijn, niet teveel ruimte in te nemen, enz. (En dus met de innerlijke overtuiging: ‘ik ben niet aardig’, ‘ik ben lastig’, ‘ik ben te aanwezig, neem teveel ruimte in’.) Al het ongemak weglachend. Vele jaren was dit mijn overlevingsstrategie tot ik het me bewust werd en het patroon stap voor stap doorbrak ….

Inspiratie en bekrachtiging vond ik onder andere in Marianne Williamsons boek – ‘Terugkeer naar liefde’:

Onze diepste angst is niet dat we onvolmaakt zijn.
Onze diepste angst is dat we immens krachtig zijn.

Het is ons licht, niet ons duister, dat ons het meest beangstigt.
We vragen ons zelf af;
Wie ben ik, om briljant, slim, talentvol en prachtig te zijn?

Maar wie ben jij om dat niet te zijn?
Je dient de wereld niet met valse bescheidenheid.
Er is niets verhevens in, jezelf klein te maken,
zodat andere mensen zich niet onzeker zullen voelen.’

Van kou-kleum naar spelend als een kind

Ik houd van lekker warm. Warme sokken, truien, vesten. Warm weer. Warm eten. En toch besloot ik deze zomer koud douchen uit te proberen. 

De eerste keer voelde als een overwinning. De keren daarna viel het niet mee. Iedere keer als ik naar de douche ging hoorde ik een stemmetje in mezelf: 

“Vandaag maar niet koud, want: …… 

Ik ben moe ….. , Ik voel me niet helemaal lekker ……. , ik denk dat het niet goed is al die kou…….. “ 

Ik hoorde het mezelf zeggen en was me ineens bewust dat dit de saboteur in mij is, die ik ook in andere situaties tegen kom. Mijn mantra werd: “Speel er maar mee”. 

Ervaren wat het koude water met me deed.  

Toen ik er mee ging spelen kwam het kind in me naar boven. Ik had echt lol om mezelf als ik weer over de drempel moest. Als ik mezelf over probeerde te halen om toch maar weer warm water te nemen. Ik stond dansend onder de koude straal. Ik voelde het kippenvel. Genieten als een kind dat speelt in een fontein, waterval, de regen, een sneeuwbal in je gezicht. 

Inmiddels vind ik een koude douche heerlijk verfrissend en activerend.  

Het experiment met koud douchen heeft me inzicht gegeven in mijn zelf-saboterende gedachten, het heeft mijn doorzettingsvermogen vergroot en ik heb plezier. 

Die kleine saboteur is mooi van een koude douche thuis gekomen 😊 

Mezelf ‘leeg’ gegeven

Gisteren was ik les aan het geven op een basisschool. Bij de vierde groep leerlingen werd ik me er van bewust dat ik geïrriteerd was. Ik stoorde me aan de drukte van de kinderen, ze waren te luid, te beweeglijk, te weinig gefocust. Dat vond ik op dat moment…..

Ik voelde frustratie en onrust in heel mijn lijf. Regelmatig is mijn impuls dan om in de controle te schieten. Dan wordt ik streng, ga strak begrenzen, enz. Maar gisteren kwam het gevoel zo bewust binnen dat ik in staat was om gewoon eens even te blijven zitten en waar te nemen wat er in mij gebeurde. En om te kijken naar wat de leerlingen nou eigenlijk deden.

In mijzelf :
Mijn “ik-wil-alles-goed-doenertje” was duidelijk hard aan het werk geweest. Ik voelde hoe ik mezelf in de eerste drie lessen ‘leeg’ had gegeven. Ik was heel hard aan het werk geweest om alles ‘goed’ te laten verlopen, maar niet verbonden aan mezelf.

Bij de leerlingen:
Toen ik zo eens een stapje terug deed door niets te doen en alleen maar te kijken, zag ik vooral plezier en betrokkenheid bij de leerlingen. Ze waren heel enthousiast aan het werk. Ik zag mezelf ineens als de figuurtjes op deze foto van een kunstzinnige opdracht die ik een aantal jaar geleden deed. De opdracht was:
Verbeeld in klei:
·      Geven zonder gecentreerd te zijn
·      Het centrum komt dichter bij
·      Het gecentreerd zijn is er helemaal
·      Vanuit mijn centrum ga ik voorzichtig weer schenken
·      Ik schenk gecentreerd en ben helemaal bij jou

Gisteren voelde ik me eerst als het linker figuurtje, compleet leeg. Door dit bewust te worden, even ‘op mijn handen te gaan zitten’ en me terug te verbinden met mezelf kon ik de les na een paar minuutjes weer oppakken als het rechter figuurtje: opgeladen, gecentreerd en met volle aandacht bij de leerlingen. Geven kost dan geen energie.

Innerlijke panter

Vandaag laat mijn criticus zich horen. Ik ken haar goed en begroet haar hartelijk. “Hé, daar ben je weer, vertel! Waar zit je mee?”

“Ik doe niet genoeg! Ik werk niet hard genoeg! Ik doe niet de goede dingen! Ik laat me afleiden! Ik laat me verleiden! Het wordt nooit iets!”

Tja, wat te doen…… In mijn gedachten verschijnt het beeld van de poema die ik een paar jaar geleden schilderde en ik heb de tekst die aanleiding was voor deze schildering er weer eens bij gezocht.

Het is deze tekst van Susanna Tamaro uit het boek Lieve Mathilda.

“Als ik op mijn tachtigste in staat ben om mijn rug te buigen, dan wil dat zeggen dat ik ook in staat ben om mijn gedachten te buigen, dan wil dat zeggen dat ik me nog kan verwonderen, dan wil dat zeggen dat ik in de loop van de jaren in plaats van te oordelen heb weten te luisteren, niet gevoelig ben geweest voor de verleiding van macht, dat ik mijn lichaam zuiver heb weten te houden.

Dat wil zeggen dat ik vertrouwen heb gehad in het goede dat er is in mijn lichaam, in het goede dat er is in mijn geest en dat ik beide heb verzorgd met respect en aandacht, heb opgekweekt als een unieke plant. In ieder van ons schuilt kracht, waardigheid, energie;

In ieder van ons huist een kleine, prachtige panter die wacht om naar buiten te komen.”

En met de kracht van deze panter in mij kan ik mijn criticus ontvangen, naar haar luisteren en verstaan wat ze me wil zeggen: “Ik vind het spannend”. En dat mag.

Perspectief

Een aantal jaar geleden maakte ik dit schilderij. Toen het af was keek ik er naar en ‘las’ er een verhaal in. Mijn man bleek in ditzelfde schilderij een heel ander verhaal te zien en dat was voor mij de echte eye-opener!

“Het verhaal van Roodkapje is anders als de wolf het vertelt.”

Het verschil zat hem in het perspectief van waaruit wij beiden keken.

Ik zag in de figuur op de voorgrond iemand die met de rug naar het huis stond. Mijn man zag in deze figuur het omgekeerde: iemand die met het gezicht naar het huis stond.

Dat levert natuurlijk een heel ander verhaal op.

Mijn perspectief is bepalend voor de manier waarop ik naar een situatie kijk en erop reageer. Dit kom ik elke dag in verschillende situaties tegen. Doordat ik me hier bewust van ben, speel ik er regelmatig mee en bekijk een situatie ook eens vanuit een ander perspectief. Dat levert soms verrassende inzichten op 😉

Wat is jouw perspectief? Speel je er wel eens mee? En klopt het nog of wordt het tijd voor een ander perspectief?

Patronen

Ik ben aan het experimenteren met ‘dotting’ oftewel schilderen met stipjes. Al schilderend werd ik me er van bewust dat ik vast kwam te zitten in een patroon. Dat ken ik ook in mijn dagelijks leven; dat ik vast kom te zitten in een bepaald patroon en niet goed weet hoe ik dit kan doorbreken. Hoe fijn om dan spelend met verf te oefenen in het doorbreken van patronen.

Al spelend in het klein oefenen brengt verandering in het groot.

Heb jij ook een patroon dat je wil doorbreken?

Wat speelt er?

“We stoppen niet met spelen omdat we oud worden, we worden oud omdat we stoppen met spelen.”

George Bernhard Shaw

Ik geloof in een leven lang spelen!

Waarom stoppen met spelen als je volwassen bent? En dan bedoel ik niet spelen met een stiekem doel zoals bijvoorbeeld: hardlopen omdat het je een goede conditie geeft. Nee, ik bedoel echt spelen, opgaan in je activiteit en de hele wereld even vergeten. Het geeft een gevoel van vrijheid en maakt je leven lichter.

Naast plezier brengt spel:

Ontspanning: Wist je dat spelen de snelste en leukste manier is om stress en neerslachtigheid te verhelpen?

Flexibiliteit: Door te blijven spelen kun je je sneller aanpassen en beter inspelen op uitdagingen en veranderingen.

Een uitlaatklep: In spel is het makkelijker om emoties te uiten zonder dat daar veel risico aan zit. Als je in een rollenspel “Klootzak” roept tegen een stoel die in jouw gedachten je baas voorstelt, heeft dat geen consequenties maar lucht wel lekker op.

Verwerking: Bij kinderen zie je dat ze in hun spel opgedane ervaringen en emoties verwerken. Als een kind bijvoorbeeld geschrokken is omdat moeder heeft gemopperd, zie je dat hij of zij in de poppenhoek de rol van ouder speelt en moppert tegen de poppen. Door te spelen kun je het verloop van de gebeurtenis zelf bepalen, jij hebt er de controle over.

Oefening en uitproberen: In spel kun je ander gedrag uitproberen. Dat kan in het spel eigenlijk niet mis gaan en maakt dat je in het klein kan oefenen om het vervolgens in je dagelijks leven toe te gaan passen.